Het telharmonium of teleharmonium (ook bekend als de dynamofoon) is een elektromechanisch instrument ontwikkeld door Thaddeus Cahill in 1897. Thaddeus Cahill (18 Juni 1867, 12 April 1934) was een wetenschapper van de vroege 20e eeuw. Hij heeft de elektrische typemachine uitgevonden. Hij studeerde muziekwetenschappen aan het Oberlin Conservatorium in Ohio, en is afgestudeerd aan de Columbian Law School. Cahill was er van overtuigd dat muziek elektrisch kon worden gemaakt, en deze droom ging hij na zijn studie achterna. Het telharmonium was ontworpen om beluisterd te worden met telefoonontvangers. Het kan daarom als een voorloper van audio-streaming beschouwd worden. Zoals het latere hammondorgel gebruikte het telharmonium toonwielen om muziek te genereren als elektrische signalen door additieve synthese.
De Mark I versie woog 7 ton. De Mark II woog bijna 200 ton. Cahill bouwde in totaal drie versies. Elke versie betekende een aanzienlijke vooruitgang ten opzichte van de vorige. Slechts een klein aantal opvoeringen werden live voor publiek gegeven, de meeste opvoeringen gebeurden via telefoontransmissies. Opvoeringen in 1906 in New York werden door het publiek positief onthaald.
De uitvoerder zit aan een console om het instrument te bedienen. Het werkelijke mechanisme van het instrument is echter zo groot dat het een hele kamer vult. Draden die de controleconsole verbinden liepen door een muur naar de kamer waar het werkelijke instrument zich bevond, namelijk in de kelder van het concertgebouw.
Het Telharmonium kon vanuit een plek via de telefoonlijnen audio uitsturen. Je zou daarom kunnen zeggen dat het Telharmonium de eerste audio-streamingdienst was. Het Telharmonium was een additieve synthesizer (opstapeling van sinus-golven + boventonen), die polyfonisch bespeeld kon worden. Elke noot had een paar toonwielen om extra harmonische aan de tonen toe te voegen. Deze toonwielen kon je ‘tweaken’ door middel van een paar voetpedalen. Een indrukwekkend aspect van het Telharmonium was dat hij 3 presets had (Fluit, Fagot, Klarinet, Cello) die aangepast konden worden door de verschillende opstapeling van sinus-golven en boventonen. Het Telharmonium had 670 kilowatt (670.000 Watt, een led-lampje gebruikt 3 Watt) nodig om te werken. Met 153 toetsten was het Telharmonium een indrukwekkend instrument, en daarbij dus het eerste officiële elektromechanische instrument.
Er zijn een hoop redenen dat het project van Cahill in de soep liep. De machine zelf had al ongeveer $1 miljoen gekost tussen 1897 en 1914. In die tijd was dat ongeveer $30 miljoen. Het was dan ook onwaarschijnlijk dat het genoeg geld zou opleveren om zichzelf te betalen, en al helemaal te profiteren. Cahill had nota bene een gigantische stroomvoorziening moeten bouwen om de Telharmonium te laten werken.
De stroom van het apparaat veroorzaakte een grote storing in het New York telefoonnetwerk en de markt. AT&T, een groot telefoonbedrijf, was er zeker niet blij mee; die hielpen daarom niet mee in het bouwen van de Telharmonium.
De Telharmonium werd gebouwd in een tijd dat alle technologie gigantisch hard vooruit ging. Experimenten met radio transmissies begonnen al in 1906, en vanaf 1914 werd draadloze radio de standaard. Het apparaat kon daarom niet goed meer uitgezonden worden.
De technologie werd ongeacht wel verder ontwikkeld. In 1934 bouwde Laurens Hammond een nieuw elektronisch orgel. Dit was in essentie een mini-Telharmonium.